In een wereld waar de middemoot de norm is geworden, waar alles veilig binnen de lijntjes moet blijven en het applaus zelden verder reikt dan voor wie de minste risico’s neemt, ploetert hij koppig voort. De kleine man. Geniaal, maar met te korte beentjes.
Hij draagt de wereld op zijn schouders, al merkt niemand het, omdat hij altijd gebogen staat. Zijn creativiteit wordt bekeken met een schuine blik, zijn moed om buiten de lijnen te kleuren vaak afgedaan als dwaasheid. En toch blijft hij gaan. Niet om opgemerkt te worden, niet om applaus te oogsten, maar omdat hij niet anders kan. Zijn hartslag is een baslijn, maar de wereld hoort alleen melodie.
Waar anderen stoppen, valt hij, staat op, en probeert opnieuw. Zijn genialiteit schittert, maar niet in de schijnwerpers – daar staan de lange benen van anderen al in de weg. Nee, hij schittert in de luwte, daar waar de echte magie plaatsvindt. Hij doet het niet voor de eer. Hij doet het omdat hij leeft, omdat hij voelt, omdat hij hoopt.
En wanneer hij even twijfelt, denkt hij aan de lessen van het leven. Doe het. Eén voor het geld. Twee voor de show. Drie voor het publiek. Maar bovenal: doe het met hart en ziel. Want het zijn niet de lange benen die de weg bepalen, maar de kracht van een onverzettelijk hart.
De kleine man bouwt dromen waarop anderen staan, terwijl hij zelf het uitzicht nooit zal zien. Hij ploetert niet uit noodzaak, maar uit overtuiging. Een herinnering dat grootsheid niet altijd schreeuwt, maar soms fluistert.
Want uiteindelijk ploetert hij voort,
met hart en ziel.
© 2024 R. Ambroos – Najaarsbeschouwingen
Reactie plaatsen
Reacties