Het einde van het jaar nadert, en zoals altijd lijkt het alsof we collectief op een gigantische cliffhanger afstevenen. Niet het soort cliffhanger waar je reikhalzend naar uitkijkt, maar eentje waar je je afvraagt of je de sprong wel gaat halen. Mensen rennen rond alsof de klok onherroepelijk doortikt naar het einde der tijden, en niet naar een nieuw jaar dat, eerlijk gezegd, gewoon weer een maandag is met een ander kalenderblad.
Kijk naar de winkeljuffrouw in de Albert Heijn: een vriendelijke vrouw, dat zeker, maar haar blik verraadt een innerlijke strijd die alleen een klant met zes vergeten boodschappenlijstjes kan veroorzaken. En ik begrijp haar. December is een maand waarin iedereen nét iets meer van je vraagt – of het nu gaat om perfecte kerstdiners, cadeautjes voor de vierde verre neef, of het simpelweg blijven glimlachen terwijl je een eindeloze rij klanten helpt die allemaal haast hebben, behalve als ze betalen.
En dan is er mijn bandmaat. Een topmuzikant, maar het lijkt erop dat het leven hem op alle mogelijke manieren uitdaagt. Als alleenstaande vader én veertiger die opnieuw is gaan studeren, overweegt hij de gitaar even aan de wilgen te hangen. Ik snap het wel; soms lijkt het makkelijker om gewoon alles even los te laten en te kijken of de wereld zichzelf kan uitzoeken.
En dan mijn kat, Henkie. Het enige wezen in mijn huishouden dat zich niets aantrekt van de tijdgeest of eindejaarsstress. Althans, zo lijkt het. Maar zodra ik in de keuken bezig ben – zoals daarnet, toen ik spek aan het snijden was voor mijn snert – klinkt hij als een opera vol pijn en drama. Hij schreeuwt moord en brand, niet omdat hij snapt wat er aan de hand is, maar gewoon omdat hij denkt dat elk moment een goed moment is om chaos te veroorzaken. In zijn wereld is het elke dag apocalyps – tenzij ik hem een stukje spek geef.
En terwijl ik daar sta met een schreeuwende kat en een bandlid op het punt van afhaken, denk ik: is dit niet precies waar het einde van het jaar over gaat? Niet over perfectie, maar over de chaos, het menselijk geploeter en de vraag hoe we onszelf een beetje heel houden terwijl de wereld om ons heen een versnelling hoger schakelt.
Misschien is het ook een les. De wereld stopt niet op 31 december, zelfs niet als je je kerstboom al op 1 januari bij het grof vuil zet. Misschien moeten we allemaal een beetje meer zoals Henkie zijn: luidruchtig, ongeremd, en vastbesloten om dat stukje spek te bemachtigen.
Want eerlijk, wat is anders het punt van al die haast?
© 2024 R. Ambroos - Najaarsbeschouwingen
Reactie plaatsen
Reacties