Het laatste stukje

Gepubliceerd op 31 december 2024 om 09:24

Ik zag laatst een filmpje. Een man hield een stuk hout vast waar nog een laatste restje koperdraad omheen zat gewikkeld. Hij zei dat hij die draad al veertig jaar had, steeds een stukje gebruikend om iets te maken of te repareren. En terwijl hij dat vertelde, zag je aan alles dat het hem raakte. Dat het niet zomaar een stuk draad was, maar een symbool voor zijn leven. Dat beeld bleef me bij, want ik herkende het. Niet alleen in mezelf, maar in zoveel mannen die ik ken.

Ik stel me voor wat er door die man heen ging. Hij moet gedacht hebben:

"Veertig jaar… wie houdt er nu veertig jaar koperdraad bij? Jij niet, hè? Je zou zeggen: ‘Dat is oud vuil, weg ermee.’ Maar kijk… het is er nog. Niet meer zo vol als vroeger, natuurlijk. Net als ik. Maar genoeg. Genoeg om nog iets te maken. Denk ik."

"Weet je hoe vaak ik dit gebruikt heb? Elke keer een stukje. Voor dat lampje dat niet meer werkte. Voor de deurbel toen die het begaf. Voor… ach, wat eigenlijk niet? Elk stukje draad ging ergens heen, maakte iets heel, iets werkend. En nu is dit alles wat overblijft. Een volle bobijn had ik. Nu is dit alles. En wat heb ik ermee gemaakt? Goeie vraag. Maar niemand vraagt het."

Die monoloog, die ik bijna in zijn ogen las, raakte me omdat het zo herkenbaar is. Als mannen willen we dingen maken, fiksen, zorgen. Voor ons gezin, voor de mensen om ons heen. We willen nuttig zijn, iets bijdragen aan de wereld. We houden ervan om met onze handen te werken, dingen te bouwen, maar ook om te beschermen en veiligheid te bieden. We doen het vaak zonder erover te praten, zonder er erkenning voor te vragen, want dat hoort bij het spel. Maar het is niet altijd makkelijk. Vaak sta je er alleen voor. En weet je? Dat vinden de meeste mannen niet eens erg. Wat we willen—wat we nodig hebben—is respect, loyaliteit, en liefde. Daarmee kunnen we alles dragen.

Maar er is nog iets dat we soms vergeten: elkaar. Alle mannen zijn mijn broers. We kennen elkaars kracht en pijn. We begrijpen de eenzaamheid die soms bij ons leven hoort, en we weten hoe zwaar het kan zijn om te blijven dragen zonder ooit te vragen. Daarom wil ik dit zeggen: ik ben er voor jou, broer. Zoals jij er ook voor anderen moet zijn. Niet met woorden, maar met daden. Door er te staan als een vriend hulp nodig heeft, door een schouder te bieden als iemand breekt. We hebben elkaar nodig, ook al zeggen we dat niet altijd hardop.

Dus laten we die draad blijven gebruiken. Om de wereld te verbinden, om de dingen die kapot zijn weer heel te maken. En om elkaar eraan te herinneren dat we niet alleen staan, zelfs als het soms zo voelt. Want samen kunnen we bouwen aan iets dat sterker is dan al het andere: een onbreekbare band.

En boven alles: laten we elkaar niet vergeten. We zijn allemaal die man met zijn draad, soms vastberaden, soms moe, maar altijd nodig.
Dek elkaars rug, broer.
Want alleen samen kunnen we blijven staan, wat er ook gebeurt.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.